|
Het eerste door jou gemaakte schema geeft een redenering die een correcte syntaxis heeft en die semantisch helder is. Indicatoren hebben je geholpen bij het visualiseren van de redenering omdat zij de logische structuur aangeven. Maar zelfs zonder deze indicatoren kon je de beweringen juist schematiseren door de betekenis van iedere bewering te overdenken en te doordenken hoe de verschillende beweringen onderling bij elkaar passen. Als je geen indicatoren hebt, kan je alleen met behulp van de semantiek een redeneerschema maken.
Bij het evalueren van het eerste schema gebruikte je alleen de semantiek: wij kunnen alleen vaststellen of bewering A waar of onwaar is of beoordelen in hoeverre bewering A bewering B ondersteunt door te kijken naar wat bewering A inhoudt.
Het tweede schema dat je gemaakt hebt geeft een redenering weer met een juiste syntaxis, maar met een onzinnige semantiek. Bij het visualiseren van deze redenering heb je alleen gebruik kunnen maken van de indicatoren, omdat de inhoud van de beweringen uit onzin bestaat. Je kon dit schema ook niet evalueren omdat de beweringen geen betekenis voor je hadden: alles wat je had was de syntaxis, en dat is niet genoeg om genuanceerde beoordelingen te geven van de waarheid en relevantie van beweringen.
Lees door als je filosofische interesse hebt…
Het onderscheid tussen syntaxis en semantiek heeft belangrijke gevolgen voor de vraag of computers kunnen denken. Een computer lijkt te werken door het manipuleren van symbolen, waarbij hun ‘vorm’ gebruikt wordt en niet hun inhoud, zoals je dat deed in je tweede redeneerschema. Dit lijkt in te houden dat computers niet op dezelfde manier kunnen denken als dat wij doen omdat zij geen toegang hebben tot de betekenis van de symbolen die zij verwerken. De filosoof John Searle heeft dit uitgewerkt in zijn Chinese Room denkexperiment.
This material has been developed independently of the International Baccalaureate, which in no way endorses it.
© Stichting Kritisch Denken . Rationale Oefeningen versie 0.1,